Matt Haig
Viking, 2020, 288 blz.
Het vorige boek eindigde zó deprimerend dat ik dacht: ik lees eens iets anders voor ik aan het derde boek begin.
The Midnight Library is een fijn boekje. Een beetje zeemzoeterig, een beetje oppervlakkig misschien, maar hey: het moet ook niet altijd allemaal zo diepgravend zijn.
Nora Seed heeft in haar leven een stapel beslissingen genomen die ze zich eigenlijk beklaagt: ze had kunnen blijven zwemmen en dan was ze misschien wel gelukkig geworden naar de Olympische Spelen gegaan. Ze had kunnen blijven muzikant zijn en dan was ze misschien wel gelukkig geworden en had ze succes gehad. Ze had kunnen studeren voor wat haar écht interesseerde in plaats van voor filosofie te gaan, en dan was ze misschien wel gelukkig geworden als glacioloog. Ze had kunnen blijven schrijven en dan was ze misschien gelukkig geweest. Ze had haar trouw niet op het laatste moment af kunnen geblazen hebben en dan was ze misschien gelukkig geweest.
Inderdaad ja: er zit een zekere constante in: Nora Reed is diepongelukkig, zit vast een doodlopend leven in een doodlopende job (waar ze in het begin van het boek trouwens net ontslagen wordt), en had zo veel anders kunnen doen.
[Kort intermezzo: zo wérkt het natuurlijk niet: er is meestal niet zoiets als één moment waarop het leven kantelt. Verkeerde keuzes zijn meestal lange aaneenschakelingen van géén belissingen nemen. En het is ook natuurlijk lang niet zo dat iedereen in potentie álles kan doen — de manier waarop Nora hier zowel in potentie een gevierd auteur als muzikant als olympische zwemmer had kunnen zijn is meer dan een beetje Mary Sue-achtig.]
…en dus beslist ze dan maar zelfmoord te plegen.
[Kort intermezzo twee: zo wérkt het natuurlijk ook niet noodzakelijk. Ik heb de indruk dat de beslissing “gho ja, ik pleeg dan maar zelfmoord” hier redelijk snel en weinig subtiel aangebracht werd.]
Tussen leven en dood, gaat het verhaal in The Midnight Library, is er een bibliotheek. In die bibliotheek staan ontelbaar veel boeken, die allemaal een ander levensverhaal vertellen tot op dat moment tussen leven en dood. Nora komt in die bibliotheek terecht en kan er aan de bibliothecaris vragen om in gelijk welk boek te stappen, en daar dan verder te leven — als ze wil.
Ze kiest leven na leven. Als olympisch zwemmer en internationaal rolmodel. Als gevierd glacioloog. Als wereldberoemde zangeres. Als allerlei verschillende uitkomsten van allerlei keuzes die ze maakte.
De vraag die weinig subtiel gesteld wordt, is: is ze in al die verschillende aflopen eigenlijk wel écht gelukkig? Zijn die andere levens écht beter?
Schaamteloos en verfrissend pretentieloos sentimenteel. Ik heb een grondige hekel aan pretentie, en ik ben te vinden voor sentimentaliteit. Ik heb dit graag gelezen.
Pingback: Op de plank | Michel Vuijlsteke's weblog